Maart 2024
Synergie tussen scholenbouw en lerarenstages in Nepal met het Hefboomproject ‘Kansen voor elk kind’
Dit is het tweede deel van de artikelenreeks over de laatstejaarsstage van de studenten van de lerarenopleiding van de Arteveldehogeschool in samenwerking met Bikas.
De studenten die dit academiejaar hun afstudeerstage in Nepal doen, zijn pas eind januari 2024 in hun stageschool en hun gastgezin aangekomen, ze blijven er tot juni. De eerste weken is het altijd even wennen, dat weten ze ook uit de voorbereiding die ze vooraf kregen op de hogeschool. De werkelijkheid is altijd anders dan verwacht.
Zo hadden ze bijvoorbeeld gehoopt om eerst de leerkrachten te kunnen observeren, maar zoals elk jaar het geval is, worden ze al bij een eerste kennismaking voor de klas gezet. En dat is even schrikken voor hen. Ook op veel andere vlakken wordt het wennen.
In dit artikel kunnen we nog niet veel extra vertellen over de realisatie van het hefboomproject zelf, omdat de stage nog maar net gestart is. Dat geeft ons de mogelijkheid om dieper in te gaan op het patroon, dat we doorheen de vele jaren dat er studenten in Nepal of elders ter wereld op stage gaan, telkens zien terugkomen.
We hebben het over de uitdagingen van aanpassing en acculturalisatie, ook de cultuurshock genoemd. Wie voor een langere periode buiten de eigen context en cultuur woont, werkt of stage loopt, kan zich er in mindere of meerdere mate in herkennen.
De uitdagingen van aanpassing voor studenten tijdens hun stage in Nepal
De overgang van het vertrouwde naar het onbekende is een ervaring die rijk is aan zowel kansen als uitdagingen. Om studenten daarop voor te bereiden leren we hen de curve van Gullahorn kennen.
Dit kan hen helpen om te begrijpen waarom ze door heel wat verschillende emoties gaan tijdens hun stage.
De Eerste Fase: Aankomst en Euforie
Bij aankomst in hun stageomgeving zijn de studenten overweldigd door de warme ontvangst door hun gastgezinnen, de rijke cultuur en de prachtige natuur die hen omringt, het verrassende van het onbekende. Ze genieten van de dal bhat, de aandacht van de kinderen die hen voortdurend aanspreken, de tijd die in Nepal zo anders aanvoelt. De eerste verslagen die ze opsturen zijn meestal heel positief, het eten is lekker, de Macchapuchre die ze vanop de speelplaats van de school kunnen zien is indrukwekkend mooi, de kinderen zijn enthousiast, de schooldirecteur is blij dat ze er zijn, ze krijgen bloemenkransen, tika’s, ze vinden alles prachtig.
De Aanpassingsfase: Confrontatie met Realiteit
Naarmate de tijd vordert, beginnen de studenten uitdagingen te ervaren die typisch zijn voor de aanpassingsfase.
Ze schrijven over de confrontatie met het Nepalese schoolsysteem, dat zo anders is dan in België.
Ze schrikken van de zelfstandigheid die van hen wordt verwacht tijdens het lesgeven.
Ze hebben het moeilijk met de taalbarrière. Een studente beschreef ook haar worsteling met de ongelijke kansen waarmee ze geconfronteerd wordt, ze ziet dat sommige kinderen niet het nodige materiaal hebben, of een uniform dragen die versleten is of te groot of te klein uitvalt. Ook de verschillen die ze ervaren in visie op onderwijs en aanpak leiden tot momenten van stress en frustratie. Deze fase komt overeen met de neergaande lijn van de W-curve, waarin de initiële opwinding plaatsmaakt voor de realiteit van de dagelijkse uitdagingen.
De Dieptepunt: Het Gevoel van Isolatie en Ontgoocheling
Voor sommige studenten is de cultuurshock op een bepaald moment zo groot, dat ze zich afzonderen van hun medestudenten.
Deze gevoelens worden versterkt als er ook binnen de groep van de studenten zelf verschillen tot uiting komen. Sommigen hebben er bijvoorbeeld meer nood aan om regelmatig naar het thuisfront
te bellen, terwijl anderen daar net afstand willen van nemen. Ook het feit dat de gastgezinnen vaak niet volledig genderneutraal zijn in hun opvoeding is voor sommige studenten moeilijk. Zo was er vorig jaar een gastgezin waar de Belgische meisjes naar hun gevoel meer betuttelend behandeld werden dan de Belgische jongen. We hebben dit samen kunnen uitklaren. En het was niet zo erg zoals het op dat moment door de betrokkenen werd aangevoeld. Dit dieptepunt in de curve weerspiegelt de worsteling om een evenwicht te vinden tussen het omarmen van de nieuwe cultuur en het behouden van de eigen identiteit.
Herstel en Aanpassing
Ondanks de uitdagingen beginnen de studenten zich stilaan verder aan te passen, veel meer en anders dan ze aanvankelijk deden. De constructieve omgang met cultuurverschillen, de waardering voor de lokale gastvrijheid en de succeservaringen in het onderwijs zijn daar tekenen van. Deze fase markeert het begin van een opwaartse lijn in de W-curve, waar studenten leren om te gaan met de uitdagingen en zich aan te passen aan hun nieuwe omgeving. Als stagebegeleider weet je niet echt op welk moment deze fase gaat komen. Het kan geleidelijk gaan, maar er ook plots zijn. Je merkt dat de stageverslagen en de verhalen opnieuw verteld worden en dat studenten inzien dat kleine successen waardevoller zijn dan te blijven wachten op grote stappen voorwaarts.
Reflectie en Integratie
In laatste fasen van de W-curve gebeurt de integratie van de ervaringen.
De studenten ontwikkelen een dieper begrip van de Nepalese cultuur en waarderen de unieke kansen die hun stage biedt. Dit proces van aanpassing en groei onderstreept het belang van openheid, flexibiliteit en de bereidheid om te leren van en deel te nemen aan de Nepalese manier van zijn.
De uitdagingen van aanpassing voor studenten bij terugkeer van hun stage
Wat we ook jaarlijks zien terugkomen is dat de W-curve, met alle fasen, zich herhaalt als de studenten terug thuis zijn. De euforie van het weerzien van iedereen, na de lange periode in Nepal, maakt al gauw plaats voor een omgekeerde cultuurshock. De studenten ervaren frustratie omdat ze ervaringen willen delen en de indruk hebben dat niemand hen begrijpt. Ze missen de warmte en de hartelijkheid van de Nepalezen, het anders omgaan met tijd, zelfs de dal bhat die ze in Nepal zo beu gegeten waren. Uiteindelijk passen ze zich terug aan, een nieuwe ervaring rijker. Wat we wel zien is dat meer dan de helft van de studenten ooit nog terug keert naar Nepal. Ook dit academiejaar zijn er twee studenten, die vorig jaar hun stage deden in Nepal, teruggekeerd. Niet om zich opnieuw een tijd te engageren in hun voormalige stagescholen.
De ervaringen van Belgische studenten in Nepal illustreren de complexiteit van de aanpassingsprocessen in een nieuwe culturele omgeving. De W-curve van Gullahorn biedt een nuttig kader om deze processen te begrijpen, waarbij de nadruk ligt op de cyclische aard van aanpassing. Terwijl de studenten navigeren door de fasen van euforie, confrontatie, isolatie en herstel, ontvouwt zich een verhaal van persoonlijke groei en intercultureel begrip. Deze stage, hoewel uitdagend, biedt waardevolle lessen die verder reiken dan de academische en professionele ontwikkeling en draagt bij aan de vorming van wereldburgers die klaar zijn om te gedijen in een geglobaliseerde wereld.
Lut De Jaegher, Arteveldehogeschool
December 2023
Synergie tussen scholenbouw en lerarenstages in Nepal met het Hefboomproject ‘Kansen voor elk kind’ (deel 1)
Situering
Dit is deel 1 van een artikelenreeks over de kracht van de samenwerking tussen Bikas en de Arteveldehogeschool, en het bundelen van hun krachten voor Nepal. In elk van de volgende Bikas tijdschriften van 2024 wordt een van de projecten belicht. We starten met het project over leerstoornissen in Nepal.
Aanpak en voorbereiding
Elk jaar sinds 2007 biedt de afstudeerstage van de lerarenopleiding van de Arteveldehogeschool aan zorgvuldig geselecteerde studenten een buitengewone kans: vier maanden stage doen in vaste partnerscholen in Nepal. Dankzij een verblijf in gastgezinnen is de stage, naast een boeiende leerervaring, ook een uitgelezen mogelijkheid om de Nepalese cultuur van binnenuit te beleven.
Voordat ze aan hun avontuur beginnen, krijgen de studenten een intensieve voorbereiding. In de hogeschool worden ze ondergedompeld in vier sessies over de Nepalese cultuur, religie, het onderwijssysteem en het belang van diversiteitsbewuste communicatie. We hebben door de jaren heen dit programma grondig uitgewerkt, en gemerkt hoe belangrijk de voorbereiding is om te zorgen dat de stage voor alle betrokkenen een meerwaarde biedt.
De stage gaat dieper dan enkel de praktische ervaring en het lesgeven. De studenten koppelen via hun bachelorproef ook praktijkgericht onderzoek aan hun stage. Het onderwerp ervan is gebaseerd op voorstellen ontwikkeld door hun stagebegeleiders in samenwerking met de Nepalese onderwijspartners. De voorstellen spelen in op de lokale behoeften en uitdagingen. Tijdens hun stage testen de studenten de bevindingen van hun onderzoek uit, werken samen met Nepalese leerkrachten en passen hun materiaal aan op basis van verkregen feedback. Dit zorgt ervoor dat hun werk niet alleen academisch relevant is, maar ook echt bijdraagt aan de Nepalese onderwijscontext
Na hun terugkeer in België zetten de studenten hun leerervaring voort. Ze nemen deel aan een natraject waarin ze hun ervaringen delen met studenten die elders stage hebben gelopen en ze geven advies aan nieuwe kandidaten. Hun onderzoeksresultaten en ervaringen presenteren ze vervolgens aan een jury en aan het brede publiek, waarmee ze hun reis als leerkracht in opleiding op een betekenisvolle manier afronden.
Voor het afgewerkte materiaal dat ontwikkeld wordt en dat in de volgende schooljaren verder zal gebruikt en verspreid worden, dient de stageverantwoordelijke van de Arteveldehogeschool, Lut De Jaegher, een voorstel in bij Bikas. Zij zorgen na overleg en goedkeuring voor de financiering vanuit het budget dat door de hogeschool in de loop van de voorbije jaren werd ingezameld op een rekening van Bikas.
Hefboomproject 1
‘Kansen voor elk kind’: Leerstoornissen in Nepal
In het academiejaar 2022-2023 hebben Kato Leten, Lise Lepla en Eline Wauters hun afstudeerstage en bachelorproef gericht op het verhogen van het bewustzijn over leerstoornissen of neurodevelopmental disorders (NDD’s), met focus op dyslexie, dyscalculie en autisme spectrum stoornis. Ze hebben hiermee een nieuwe dimensie toegevoegd aan het Nepalese onderwijs.
Via gestructureerde interviews met leerkrachten, directies en onderwijsorganisaties hebben ze de kennis van Nepalese leerkrachten over aandoeningen zoals dyslexie, dyscalculie en autismespectrumstoornis in kaart gebracht. Met deze bevindingen hebben ze, na het uittesten en herwerken op basis van feedback op de prototypes, workshops ontwikkeld die zijn afgestemd op de unieke context van Nepal en waardevolle materialen gecreëerd die lokale leerkrachten in staat stellen om zelfstandig verandering teweeg te brengen.
De onderzoeksresultaten van de studenten onthullen belangrijke inzichten. Ze belichten het opvallende gebrek aan kennis over NDD’s bij Nepalese leerkrachten en de cruciale behoefte aan educatieve programma’s voor bewustwording. In sommige gevallen kennen de leerkrachten de terminologie wel, maar enkel in theorie. Minder goede leerresultaten worden eerder gekoppeld aan intelligentie en werklust dan aan een leerstoornis. Leerkrachten hebben ook vaak het idee dat een leerstoornis kan genezen en dus in feite een aandoening is. Verder bekijken de studenten ook het onderwijsbeleid over NDD’s. Ze stellen vast dat er vanuit de Nepalese regering noodzaak is aan nog meer inspanningen om kinderen met speciale leerbehoeften te ondersteunen en aan verdere stappen naar inclusief onderwijs.
Voor het verhogen van de bewustwording en kennis ontwikkelden de studenten workshops, die ze na een eerste testfase hebben verfijnd op basis van de feedback. De tweede versie is in verschillende Nepalese scholen met elk hun aparte contexten getest bij in totaal meer dan 100 leerkrachten, in scholen in de stad zowel als in rurale gebieden. De studenten stellen gelijklopende zaken vast in beide contexten. Het is belangrijk dat de leerkrachten eerst een praktische training krijgen, met voorbeelden die hen zelf de gevolgen van een leerstoornis laten ervaren. De studenten werken hiervoor een methode uit die de leerkrachten zelf confronteert met wat een leerling met een leerstoornis ondergaat indien hiermee geen rekening gehouden wordt. Verder stellen de studenten ook vast dat voldoende tijd en herhaling van de inhouden een belangrijke factor zijn om alle leerkrachten volledig in het verhaal mee te krijgen. De workshops worden ook best verschillende keren gespreid over het schooljaar heen gegeven, waarbij de inhouden herhaald en verder uitgediept worden.
Ondanks taalbarrières, blijkt uit de anonieme bevraging aan het einde van de workshops dat er een hoge tevredenheid en betrokkenheid is onder de deelnemers. De resultaten tonen een sterke behoefte aan verdere educatieve initiatieven en ondersteuning in de omgang met leerlingen met leer- en gedragsstoornissen.
In samenwerking met lokale besturen hebben de studenten, leerkrachten en coördinatoren getraind om de workshops zelf voort te zetten en het ontwikkelde materiaal verder te verspreiden. Hiervoor kan ook beroep gedaan worden op de middelen die door de Arteveldehogeschool in samenwerking met Bikas ingezameld zijn in de voorbije jaren, en die op basis van een goedgekeurd projectvoorstel ter beschikking worden gesteld. Studenten die in opeenvolgende academiejaren hun stage doen in Nepal, zullen mee de resultaten blijven opvolgen.
In de laatste maand van de stage brengt de stagebegeleider Lut De Jaegher een bezoek aan alle stageprojecten, en organiseert ze een lerarencongres voor leerkrachten en directies van stage- en partnerscholen. Het onderwerp is telkens gerelateerd aan een didactisch onderwerp op vraag van de leerkrachten. Dit keer is digitale geletterdheid aan bod gekomen. In de namiddag geven de stagestudenten workshops aan de leerkrachten in kleine groepen.
Het project benadrukt niet alleen het belang van internationale samenwerking in het onderwijs, maar zet ook de toon voor toekomstige educatieve initiatieven in Nepal, als een krachtige samenwerking van Bikas en de lerarenopleidingen van bv. de Arteveldehogeschool. Het werk van Kato, Lise en Eline heeft een blijvende impact op de manier waarop NDD’s worden benaderd in het Nepalese onderwijslandschap en zal de komende jaren verder worden uitgebouwd.
Hun inspanningen versterken de educatieve banden tussen Vlaanderen en Nepal, vanuit een duurzame samenwerking tussen Bikas, Arteveldehogeschool en hun Nepalese partners.
Wil je graag de bachelorproef zelf doornemen of heb je vragen in verband met dit onderwerp of voorstellen om het materiaal te gebruiken in scholen in Nepal? Mail hiervoor naar lut.dejaegher@arteveldehs.be .
In een volgend nummer van Bikas vernemen jullie meer over de andere stages en onderzoeksprojecten: het STEM project en het project rond digitale geletterdheid en AI.
Lut De Jaegher, Arteveldehogeschool
Arteveldehogeschool: De school in Liku
|
Mei 2019
We pikten Lut De Jaegher op aan de luchthaven van Kathmandu. Als docent was zij in 2015 samen met studenten van de lerarenopleiding van de Arteveldehogeschool uit Gent bezig met enkele projecten in Nepal toen de aardbeving plaats vond. Zij hebben toen allerhande hulpacties opgestart en later de bouw van een school in Likhu (Ramechap district) waar we nu naartoe trokken. Bij ons zat Shilshila, hoofd van Himalayan Climate Initiative, een partner van Bikas, die de werken heeft uitgevoerd. Onze tocht naar het afgelegen gebied nam bijna acht uren in beslag waarvan het tweede gedeelte over een verharde weg in zéér slechte staat. Deze bergstreek is arm en wordt bevolkt door minderheden. De school is goed gelegen in de regio, aan een rivier. Het gebouw dat we te zien kregen oogde mooi en bestond uit vier aardbevingsbestendige klassen. Men was nog volop bezig om de laatste hand te leggen aan de inrichting en aan het verven. Alles werd in gereedheid gebracht voor de inhuldiging en de overdracht van de nieuwe school.
We kregen een warme ontvangst door het schoolhoofd en de leerkrachten. Ouders en vele nieuwsgierige leerlingen stroomden toe. Alleen al aan hun kledij was te zien dat ze uit niet welstellende families kwamen. Velen zijn dagelijks lang onderweg om les te volgen. De inzet van de bevolking was er niet minder om. Daar zij heel wat gratis arbeid leverden en de gronden schonken was er een kwart van het budget uitgespaard. Hierdoor kon er een computerklas met acht pc’s, een laboklas met de nodige materialen en schoolbanken voorzien worden. Ook was men nu bezig met twee extra klassen te maken op het bovenste verdiep zodat er niet vier maar zes klassen zouden zijn. Dit alles werd gerealiseerd samen met een Duitse stichting: Hubert und Renate Schwarz Stiftung.
Feest in Likhu |
De inhuldiging gebeurde in het bijzijn van o.a. lokale politiekers, de lokale pers en de ingenieur Shrinibash. Deze laatste had schitterend werk geleverd en we waren aangenaam verrast door de hoge kwaliteit die in dit afgelegen gebied geleverd was. Zowel leerkrachten als leerlingen waren trots op hun nieuwe school. In haar speech benadrukte Lut De Jaegher het belang van IT leren en onderwijs in het algemeen. Misschien kunnen later studenten van de Arteveldehogeschool hier stage lopen en worden de bestaande banden verder aangehaald. Wij wensen alle studenten van de Shree Arunodaya Secundary school een leerzame tijd in hun nieuwe school.
Lut De Jaegher in Likhu |
Betty Moureaux
Wie de projecten van de Arteveldehogeschool wil steunen, kan zijn bijdrage storten op de rekening van Bikas BE32 2200 7878 0002 met de vermelding ‘Arteveldehogeschool helpt Nepal’. Vanaf een schenking van 40 euro ontvangt u een fiscaal attest.
Eerder gepubliceerd:
Studenten van de Arteveldehogeschool uit Gent doen dikwijls stage in het buitenland, ook in Nepal. Toen dit land vorig jaar getroffen werd door een zware aardbeving waren docente Lut De Jaegher en een groep studenten ter plaatse. Ze bleven ongedeerd en begonnen onmiddellijk met het verlenen van basishulp. Ook dit schooljaar blijft AHS zich verder focussen op hulp aan Nepal. Meer over de projecten van AHS in Nepal vindt u hieronder:
Project 1: heropbouw van de Shree Manakamana Primary School, Khari, Dhading
De school is heropgebouwd met ondersteuning van Nepal House, de plaatselijke bevolking en de fondsen van de Arteveldehogeschool. De studenten van de Arteveldehogeschool die vorig jaar tijdens de aardbeving hun stage in Nepal deden, hebben hier de eerste shelters en hulpmateriaal gebracht. Nadien is in een eerste fase het schoolgebouw, dat volledig vernield was, opnieuw opgebouwd. De school huisvest 140 kinderen, van kleuters tot de vijfde graad, er werken zes leerkrachten en een directeur. Nepal House bracht het materiaal ter plekke, een hele onderneming op deze onherbergzame plaats. De dorpelingen gingen daarna zelf aan de slag.
Bij ons bezoek dit jaar zagen we de oprechte verwondering in de ogen van de mensen van Nepal House, over de vorderingen die zijn gemaakt. De school is klaar, het schooljaar kan gewoon opnieuw opstarten in zes mooie nieuwe lokalen. Er zijn toiletten en er is drinkwatervoorziening in een apart gebouwtje, waar ook regenwaterreservoirs zijn gemaakt. Wat nog ontbreekt zijn lage tafels en banken voor de allerkleinsten. Met het geld dat is bijeen gespaard door de collega’s van de administratieve diensten van de campus Hoogpoort van onze hogeschool tijdens hun kerstactie, wordt het hout voor de banken aangekocht. De dorpelingen zullen zelf de banken maken, zodat ook de kleinste kinderen kunnen zitten in hun klasje, waar nu nog geen meubilair staat. De studenten van het postgraduaat ‘intercultureel werken en coachen’ en de lerarenopleiding van de Arteveldehogeschool kunnen hier vanaf volgend academiejaar les geven
Project 2: heropbouw van de woningen in Koplang, Dhading
De weg naar Koplang is moeilijk te berijden, zelfs voor een jeep. Dit is de reden waarom dit dorp links is gelaten door de grotere hulporganisaties. De studenten van de Arteveldehogeschool zijn er vorig jaar de eerste hulp komen bieden, met shelters, voedsel en dekens. Nu komen de stagiairs van het huidig academiejaar de heropbouw bekijken en wat er verder dringend nodig is. De eerste nood zal een overkapping zijn op de plaats waar de weg altijd weggespoeld wordt door een beekje. Dit hoeft niet al te veel te kosten, enkel het materiaal. De dorpelingen kunnen de overkapping zelf aanleggen.
Langs de weg zien we de resten van de vernielde huizen. Het wordt voor mij ook meer en meer duidelijk dat de voorlopige huizen, opgetrokken uit goedkope materialen, ingenieus ontworpen, maar volgens o zo westerse ideeën, hier maar half helpen. De voorlopige huizen met golfplaten en bamboe staan leeg, de mensen wonen opnieuw in hun gehavende wankele huizen. De reden daarvan begrijpt u maar pas als u ook de situatie ter plaatse ziet. Er zijn momenteel veel bosbranden, we rijden langs hectaren afgebrande, nog nasmeulende en zelfs brandende bossen, waartegen huizen uit bamboe niet bestand zijn. Ook zijn de golfplaten letterlijk speelballen van de harde windstoten die de moessonregens voorafgaan. Ze geraken beschadigd door de dikke hagel die hier regelmatig uit de lucht valt.
De bewoners van de bamboehuizen en de stalen constructies, bezet met zeilen en golfplaten, zijn ook bang voor roversbendes, die met een fikse trap de deur van deze lichte en voorlopige huizen intrappen. Als eerste en tijdelijke hulp zijn de huizen OK, maar er is (te) veel buitenlands geld in gestoken (de tijdelijke huizen kosten tussen 500 en 800 euro) dat beter anders had kunnen gebruikt worden, stelt men hier. En nu ik de situatie hier ter plaatse bekijk, vind ik dit een terechte vaststelling die me er opnieuw van overtuigt dat hulpverlening er moet komen in samenspraak en met inbreng van de lokale bevolking. Gelukkig zullen de huizen, waarvan het frame uit ijzer bestaat en enkel de wanden uit tijdelijk materiaal, in de toekomst kunnen omgebouwd worden tot permanente woningen. Voor de modellen waar alleen een gebogen golfplaat de ‘shelter’ vormt waarmee het tijdelijk huis is gebouwd, is dat een stuk minder het geval. De uitrusting van de tijdelijke huizen krijgt, dankzij de creativiteit van de dorpelingen, een tweede bestemming. Overal ziet u hoe deze materialen als vloerbedekking, draagdoek voor de oogst, afdekking voor de dierenvertrekken, afscherming van het ‘sanitair blok’, bescherming van voorraden… gebruikt worden. De heuvels kleuren oranje en blauw, het zilver van de golfplaten blinkt er tussenin.
Als we in Koplang aankomen, zien we huizen die, een stuk met het geld dat Artevelde bijeenbracht, een stuk met eigen middelen van Nepal House, én vooral met de werkkracht van het hele dorp zijn gebouwd en in gebruik genomen. Er is een sterke fundering, een metalen frame en snelbouwstenen die met stevig cement zijn gemaakt. Het ontwerp, dat Nepal House samen met een Nepalese architect en een ingenieur, beiden afkomstig uit de streek, liet ontwerpen, is aardbevingsbestendig. Mocht het bij een te hevige schok toch breken, dan vallen de muren naar de buitenkant. De mensen tonen fier hun nieuwe woonst, die aan de basis bestaat uit twee vertrekken. Elk gezin heeft er zijn eigen uitbreiding aan toegevoegd, of het afgewerkt met andere materialen. De timmerman bouwde bijvoorbeeld een houten afdak, een bijkomende schuur en maakte kasten in de kamers. Verderop zijn golfplaten gebruikt voor een apart toilet. Met het teveel aan cement maakten sommigen een ingewerkte regenput. Per huis is er 2 000 euro uitgegeven aan materiaal en transportkosten. We hebben ondervonden hoe moeilijk het is om hier met een degelijke jeep te geraken, laat staan wat dit betekent voor een vrachtwagen vol bouwmaterialen en met brandstofprijzen van bijna 80 cent per liter. De 26 huizen van het dorp zijn gebouwd. Wat nu nog moet gebeuren, is de drinkwatervoorziening herstellen. De leidingen naar de bron, die op een half uur stappen van het dorp ligt, zijn stuk. De voorzieningen kunnen met geringe middelen en veel lokale mankracht weer opgebouwd worden. Om het helemaal volgens de regels te doen, zijn er ook drinkwaterreservoirs nodig in het dorp zelf, met filters om het met stof en aarde vervuilde water drinkbaar te maken.
Door de aardbeving is het dorp nu afgesloten van elke vorm van watervoorziening en halen de dorpelingen bruin en vervuild water uit een afgelegen tap. We hebben geen beloftes gedaan, maar we bekijken hun vraag. Samen met Nepal House en de ingenieur die het dorp kent, bekijken we hoe het kan gerealiseerd worden en tegen welke prijs. Nepal House organiseert in dit dorp community werking (rond gezondheidszorg, traumaverwerking voor kinderen en rond gender- en kasteproblematiek). De studenten van het nieuw postgraduaat van onze opleiding kunnen in het dorp stage lopen in één van de projecten, afhankelijk van hun voorkennis. We krijgen het nodige eerbetoon, met een bloemenkrans en een tika. Dit is het moment waarop de woorden die de studenten mij al vaak hebben horen uitspreken over het dilemma waarmee we als westerlingen die met hulpverlening te maken krijgen, geconfronteerd worden.
We krijgen teveel dankbaarheid voor het luttele dat we maar doen. Ze beginnen ook in te zien dat er verschillende manieren zijn om aan hulpverlening te doen. De meesten hadden al vanaf dag één hier zin om het geld en de goederen die ze meebrachten uit te delen, zomaar. Nu beginnen ze te snappen dat er eerst moet gepraat worden, bekijken wat de noden zijn en welke inbreng de mensen zelf kunnen doen en dat pas dan, weloverwogen en met respect voor wat de bevolking zelf wil, hulpverlening kan opgestart worden. Het doet deugd om te voelen dat ze dit inzicht nu aan het verwerven zijn. Voor we vertrekken toont Basanta van Nepal House ons waar lager gelegen nog vier huizen gebouwd werden voor kastelozen. Deze huizen zijn net af en de gezinnen verhuizen binnenkort. Een vrouw vertelt dat haar man sinds de aardbeving is beginnen drinken. Zelfgemaakte rijstlikeur is een pest, in veel bergdorpen. Deze mensen hebben weinig toekomstperspectieven en in sommige gezinnen leidt dat tot een alcoholverslaving en huiselijk geweld.
Project 3: Brug bij Noubise in het district Chapakot
Op ongeveer 15 km van Pokhara ligt de Shree Janakalyna school op een uur rijden van Pokhara (15 km), in ruraal gebied aan de voet van het middelgebergte, in het district Chapakot. Het dorpje Noubise, waar de school staat, is zwaar getroffen door de aardbeving en nog meer door een aardverschuiving een aantal maanden later. Toen waren, omdat het stormde en iedereen bang was voor nieuwe aardschokken, tientallen mensen de heuvels op geklommen om te overnachten in een sterk stenen huis.
De modder- en steenmassa die door de aardverschuiving met veel kracht van de berg naar beneden kwam, vernielde echter het huis en de aanwezige volwassenen en kinderen werden gedood. Met de kolkende massa spoelden ook omgerukte bomen mee die de pijlers van de brug over de rivier vernielden. Honderden mensen waren afgesneden van de school, de weg, het dorp. Samen met Nepal House, een organisatie die werkt met getraumatiseerde kinderen en die vorig jaar onze studenten hielp bij de organisatie van de hulpverlening in de kleine dorpjes, is de brug bijna weer opgebouwd. De pijlers zijn nu in gewapend beton, de brug zelf is een metalen constructie. Voor de bodembedekking hebben de dorpsbewoners gebruikt wat ze zelf voorhanden hebben, namelijk bamboe. Drie pijlers konden nog niet in beton gemaakt worden en bestaan nu nog uit opeengestapelde keien met een metalen net errond. Er is onvoldoende geld voor de afwerking. Samen met Nepal House, een ingenieur, de plaatselijke overheid en de dorpsverantwoordelijke bekijk ik hoeveel het kost om de resterende pijlers te bouwen, zodat alles klaar is wanneer binnen een paar maanden de rivier opnieuw volloopt tijdens het moesson seizoen. De Arteveldehogeschool bouwt zo mee aan een brug waar dagelijks tientallen mensen gebruik van maken. Ondertussen zijn de werken aan de brug volop aan de gang. De foto’s van de werken zijn doorgestuurd door Basanta van Nepal House.
Lut De Jaegher
Wie de projecten van de Arteveldehogeschool wil steunen, kan zijn bijdrage storten op de rekening van Bikas BE32 2200 7878 0002 met de vermelding ‘Arteveldehogeschool helpt Nepal’. Vanaf een schenking van 40 euro ontvangt u een fiscaal attest.